Instelling motorveiligheidsschakelaar

  1. Motorveiligheidsschakelaar op 0,32 A instellen.

De motor moet bij een aanspreekstroomverhouding IA/IN = 1,5 binnen de tijd tE = 300 seconden uitgeschakeld worden.

Mocht dit niet het geval zijn, dan moet de effectief op het werkpunt optredende nominale stroom worden bepaald en ingesteld en de test moet worden herhaald.